"De palliatief terminale zorg die we hebben gegeven aan patiënten is een enorme verrijking geweest van het vak." Dat zeggen oud-huisartsen Ingrid Letsch en Karol Habryka. Na respectievelijk 38 en 29 jaar hebben ze afscheid genomen van gezondheidscentrum Waterwijk in Lelystad. Hun opvolgers hebben ze zelf ingewerkt.
Letsch en Habryka zijn deze week te gast in Het Gesprek. Vanuit de praktijk blikken ze terug op hun carrière in Lelystad.
Wijkteam
Daarin hebben de twee vaak samengewerkt met het sociale wijkteam van Welzijn Lelystad, toevallig ook hun buren aan de Voorstraat. Samen zorgden ze ervoor dat het niet alleen ging over ziekte en gezondheid, maar ook over het welzijn van de Waterwijkers. De toevoeging van dit team was voor Habryka in de laatste jaren een belangrijke verandering in zijn carrière. Hij voorspelt dat welzijn een belangrijk onderdeel blijft van het huisartsenvak.
Letsch zag de patiëntenzorg veranderen. Steeds meer taken gingen in de huisartsenpraktijk over naar de steeds beter geschoolde praktijkverpleegkundigen. En assistentes doen steeds meer praktische handelingen. Dat ontlast de huisarts, aldus Letsch.
Ze heeft ook in het ziekenhuis gewerkt. Daar was minder tijd om een band op te bouwen met een patiënt. In de huisartsenpraktijk is die band er wel, want je kent het hele gezin, zegt ze.
Coronatijd
Beeldbellen heeft bij Habryka en Letsch in de coronatijd niet een grote vlucht genomen. Wel was er vaker telefonisch overleg en planden ze hun patiënten om de 20 minuten. Inmiddels zijn er weer de gebruikelijke tienminutenspreekuren.
Ещё видео!